[voor Liefde voor Leudal mei15]
De weg van Heythuysen naar Leveroy dat is de Noorderbaan. Ooit een randweg maar inmiddels deels omsloten door nieuwbouw. Maar er is ook een sluiproute van Heitse noa Leivere, langs de Tungelroyse beek, ontsloten sinds de reconstructie van een saaie stroom tussen de akkers en weilanden tot een meanderend natuurgebiedje. Een van de fraaie stukjes Leudal nu toegankelijk, weliswaar het best met laarzen of goede wandelkistjes!
Even terug in de tijd.
Moerassige kwelgebiedjes verbonden met beekjes in de Kempen. Kleine
stroompjes naar moerasjes in Swartbroek en Kelpen. Zo zag het er ooit,
honderden jaren geleden, uit. Later werden de beken uitgediept en
genormaliseerd om de moerassen te ontginnen en geschikt te maken voor landbouw.
Er kwamen kanalen om ander water naar de Kempen toe te voeren en de Tungelroyse
Beek werd een grote brede saaie stroom. Een stroom ook die een eeuw lang
door de zinkindustrie werd gebruikt als afvoer voor zwaar vervuild water. Zink,
cadmium en mangaan zakten in het slib. Tot zo’n vijftien tot twintig jaar
geleden ging dit voort.
Bij de wens om de beek weer haar natuurlijke karakter te geven - een
laaglandbeek meandert, slingert door het landschap - zat gelijk de plicht om de
ergste rotzooi op te ruimen. Van de Kruispeel in Weert tot waar de Neerbeek in
de Maas stroomt is de beek waar mogelijk geschoond en opnieuw uitgegraven.
Duizenden tonnen vervuild slib zijn afgevoerd vervangen door een schone laag in
de beekbedding. Allemaal werkzaamheden
om de beek zijn natuurlijke en zuivere karakter weer terug te geven.
En nu dan.
De natte lage oevers van de beek zijn nu ingericht als natuurgebied,
open voor wandelaars. Bloemrijke weilanden, die extensief beheerd worden,
zonder gif en kunstmest. Op Hemelvaartdag loop ik van de Heythuyserweg naar
Leveroy. Via vier stukjes beekdal, steeds doorkruist, tja zo is het het in het
volle Nederland nu eenmaal, door wegen. Het eerste stuk is ruig, brandnetels,
zuring nauwelijks een pad eigenlijk. Voorbij landgoed Beijlshof begint een
aangelegd wandelgedeelte met een visplek en een bruggetje, dankbaar gebruikt
door zowel bewoners van St Charles als
wandelaars uit het dorp. Na de oversteek naar de andere oever verandert
het totaal. De beek is aan het zicht onttrokken door jonge wilgen en elzen,
mooie plekken voor watervogels. Achter
Leuker in Baexem gaan we weer naar de rechteroever. Hier komen we de eerste natuurbeheerders
tegen. Twee pinkjes en een koppeltje schapen begrazen de oevers aan beide zijden.
Hier lopen we weer vlak langs het water in
een open landschap. Een grote karper spettert in het water. Een scholekster
vliegt over. Boerenzwaluwen scheren over het wateroppervlak. Ook in het laatste stuk richting Leveroy zijn
natuurbeheerders bezig. Brandrode runderen en schapen houden hier de vegetatie
kort. De weidsere graslanden, nu boterbloemgeel gekleurd, leveren weer een ander beeld op. Via een
voetgangersbruggetje steken we nog eens over voor het laatste stukje. “Waar
boeren, waterbeheerders, natuurorganisaties en overheden samen werken aan natuurontwikkeling”,
staat er op een bord. Daar profiteert de
burger van, vul ik aan: Wat een verrijking voor Leudal. Picknickmandje mee?
De route via wandelknooppunten
is te vinden op : www.routebureaulimburg.nl/nl/routeplanner/wandelen/ daar kun je ook zelf wandelroutes samenstellen.
Andere wandeltips en evenementen: https://www.liefdevoorlimburg.nl/wandelen/regio-leudal